Ondertoezichtstelling

Procedure

Het verzoek voor ondertoezichtstelling kan worden ingediend door de Raad voor de Kinderbescherming, het Openbaar Ministerie, of de ouders/verzorgers zelf. Een verzoek aan de rechter om kinderen onder toezicht te stellen is doorgaans het gevolg van een onderzoek naar de familiaire omstandigheden door de Raad voor de Kinderbescherming. Dit onderzoek begint op basis van informatie/melding die de Raad ontvangt. De raadsonderzoeker stelt een rapport op met een advies. Hij of zij kan besluiten het rapport voor te leggen aan de rechter.

De rechter kan de ondertoezichtstelling voor maximaal twaalf maanden opleggen en vervolgens kan deze maatregel steeds met (maximaal) een jaar worden verlengd, totdat het kind de leeftijd van 18 jaren bereikt. Er vindt een verlengingszitting plaats, waarbij door de rechter wordt gekeken naar de noodzakelijkheid van verlenging.

Wanneer er een uitspraak is over de oplegging of verlenging van een ondertoezichtstelling, kan men binnen drie maanden na de uitspraak in hoger beroep.

Voorlopige ondertoezichtstelling

Indien er sprake is van spoed bij de ondertoezichtstelling, dan kan de Raad voor de Kinderbescherming (hangende een onderzoek)  een voorlopige ondertoezichtstelling verzoeken. Dit gebeurt veelal in combinatie met een machtiging tot uithuisplaatsing. De kinderrechter kan deze maatregelen dan gelijk toewijzen, waarna binnen twee weken een zitting volgt. Na die zitting wordt besloten over omzetting in een normale ondertoezichtstelling. Een voorlopige ondertoezichtstelling mag maximaal drie maanden duren.

Gezinsvoogd/gecertificeerde instelling

De uitvoering van jeugdhulpmaatregelen is de verantwoordelijkheid van een gecertificeerde instelling. Bij een ondertoezichtstelling wordt een gezinsvoogd ingeschakeld, die samen met de ouders gaat kijken waar het binnen het gezin beter kan. De gezinsvoogd heeft de bevoegdheid om aanwijzingen te geven en de ouders zijn verplicht deze op te volgen. Het is mogelijk om deze schriftelijke aanwijzing aan te vechten bij de kinderrechter, dit moet binnen veertien dagen.

Noodzaak Jeugdrechtadvocaat

Wanneer je bericht krijgt dat de Raad voor de Kinderbescherming een (nadelig) rapport heeft opgesteld naar aanleiding van een onderzoek, twijfel geen seconde en schakel een advocaat in. In veel gevallen is het dan nog mogelijk om jezelf op een sterke wijze te verweren. De mogelijkheden zijn gebonden aan strenge termijnen. Onze advocaten weten vaak de nadelige gevolgen zo beperkt mogelijk te houden.

Wij kunnen je onder andere helpen bij:

• een negatief rapport van de Raad voor de Kinderbescherming;
• iedere zitting op het gebied van ondertoezichtstelling (verlenging, verzoek VOTS, hoger beroep tegen een uitspraak);
• Een schriftelijke aanwijzing vanuit de gezinsvoogd.

Voor algemene klachten over de jeugdhulp die je ontvangt, kan je de klachtenprocedure  van de gecertificeerde instelling doorlopen, of contact opnemen met het AKJ (stichting advies- en klachtenbureau jeugdzorg).